2 liter volle melk (liefst rauwe melk van de boerderij)
1 liter karnenmelk
zout (naar wens)
kaasdoek of theedoek
keukentouw
zeef
vergiet
iets zwaars (vijzel)
optioneel kruiden:
1 geroosterde paprika uit pot, fijngehakt
2 kleine knoflookteentjes, fijngehakt
bieslook, fijngehakt
1 Zet de melk in een grote pan met dikke bodem op matig tot hoog vuur. Kook 15 à 20 minuten onder af en toe roeren om aanbranden te voorkomen, tot er aan de zijkant belletjes in de melk komen. 2 Bekleed de zeef met 3 lagen kaasdoek. Houd een lang koord (keukentouw) bij de hand. 3 Voeg de karnemelk in één keer toe aan de kokende melk en roer tot het mengsel zich scheidt in wrongel en wei. Dat ziet eruit als gekookt eiwit in een dikke, gelige vloeistof. Haal van het vuur en roer naar wens een flinke snuf zout door. 4 Schenk het mengsel voorzichtig in een doek boven een vergiet en zeef zodat de wrongel op de bodem blijft en de wei uitlekt. Voeg nu de kruiden toe en meng goed. Pak de hoeken van de doek en draai deze bovenaan dicht tot een bal. houd deze onder stromend koud water tot je hem vast kunt pakken. Blijf draaien en knijpen tot de bol stevig en droog aanvoelt. Dit mag best ruw, daar kan hij wel tegen. 5 Bind het touw rond de bovenkant om hem strak dicht te houden. Ik zet hem dan in een zeefje, in een vergiet in een diep bord met daar bovenop iets zwaars (vijzel). Laat rusten tot hij koud en gestold is (zo'n 1 1/2 uur). Verwijder de doek en wikkel in plastic en bewaar tot 3 dagen in de koelkast. Je kunt de kaas invriezen en 3 maanden bewaren. (bron: kookboek: De dikke Vegetariër, aangepast recept) |